Naar schatting telt ons land 41.000 meisjes en vrouwen die zijn besneden, 4.200 meisjes lopen de komende twintig jaar het risico erop. In landen als Somalië, Eritrea, Egypte en Soedan is meisjesbesnijdenis een cultureel gebruik dat van generatie op generatie wordt doorgegeven, maar in Nederland valt het in de categorie kindermishandeling. ‘Er wordt zonder medische noodzaak letsel toegebracht aan het kind.’
Wouter Karst en Selena de Vries zijn forensisch arts bij het NFI en het LECK en hebben ervaring in het onderzoeken van het genitaal gebied van minderjarigen. Samen met hun collega’s van het NFI worden zij in heel Nederland gevraagd om in acute zedenzaken kinderen te onderzoeken. Af en toe zien zij casussen waarin meisjesbesnijdenis een rol speelt. ‘Meisjesbesnijdenis, ofwel vrouwelijke genitale verminking, is een ingreep aan de vrouwelijke geslachtsorganen zonder medische noodzaak’, legt Karst uit. ‘Dat gaat van medisch minder ingrijpende vormen zoals het wegschrappen van een beetje weefsel en het prikken in de genitaliën, tot aan zeer ingrijpende vormen waarbij de schaamlippen worden weggesneden of waarbij de opening van de vagina wordt dichtgenaaid.’ (zie kader) Om welke vorm het ook gaat; in Nederland is meisjesbesnijdenis verboden en strafbaar. Karst: ‘Het is kindermishandeling omdat er letsel wordt toegebracht bij een kind dat hier zelf geen zeggenschap over heeft, plús omdat het geen medische noodzaak heeft. Toch vindt het nog altijd plaats, ook onder Nederlandse kinderen met roots in de risicolanden.’
Lees het het volledige mini-college hier
20 dec ’20